EigenWijs, 17-05-21

Thema: vertrouwen/ wantrouwen.

Toen ik in 2017 op kamers ging wonen met mijn twee beste vriendinnetjes kon ik het niet beter treffen: de ouders van Nina wilde namelijk wel een appartement voor ons kopen! Er werd zelfs
rekening gehouden met de toegankelijkheid voor mij. Het appartement was gelijkvloers, zat op de vijfde verdieping en er was een lift aanwezig. Ik zou een team van zorgverleners opzetten, maar
mocht er onverwachts hulp nodig zijn zouden de vriendinnen waarmee ik ging samenwonen een handige back-up zijn. De enige aanpassingen die ik dan nog nodig had was bij de benedeningang
een geautomatiseerde deur en een douche- föhn installatie op het toilet. Appeltje eitje, toch?! Via een wijkteam vraag je vervolgens een zogeheten keukentafelgesprek aan. Er komt dan iemand
langs in de nieuwe woning en samen kijk je wat er nog nodig is. Zo gezegd, zo gedaan. Het was, naar mijn idee, een prima gesprek. Totdat ik een uurtje later onderstaande mail ontving:

‘Wat ik nog graag zou willen weten is het volgende: heb je ook geïnformeerd bij de verschillende studentenhuisvesting naar mogelijkheden van het betrekken van een al reeds aangepaste woning? Wat waren de bevindingen hiervan? Of heb je de mogelijkheden bekeken van een nog beter aangepaste woonruimte via een woningbouwvereniging?’

Een nóg beter aangepaste woonruimte? Ik vond dit een vreemde vraag en mailde terug dat de ouders van Nina iets voor ons hadden gekocht en daarmee rekening hadden gehouden met de toegankelijkheid, maar dat ik mij verder niet heb bemoeid met hun keuze. En dat ik natuurlijk heel erg graag met mijn twee beste vriendinnen wilde wonen. Een dag later werd ik gebeld. Ik kreeg de
aanpassingen niet, omdat ik mijzelf niet eerst op “al reeds aangepaste woningen had georiënteerd”. Ik weet nog als de dag van gisteren hoe de grond wegzakte onder mijn voeten. Hoe
gigantisch onbegrepen en ongehoord ik mij voelde. Huilend belde ik mijn moeder op.

Het had nogal wat voeten in de aarde, maar inmiddels woon ik al zes jaar in dit heerlijke appartement nog steeds samen met Nina. Tegelijkertijd heeft de start van deze woning ook een waar litteken bij mij achtergelaten. Ik was een negentien jarige student die net zoals alle andere jongeren op die leeftijd niets anders wilde dan haar vleugels uitspreiden. Die vanuit de beste intenties samen met de ouders van Nina het juiste dacht te doen, door een toegankelijke woning te kiezen mét vriendinnen als back-up mantelzorgers. Ik ben blij dat ik destijds voor mezelf ben opgekomen, maar soms schiet nog wel eens de vraag door mijn hoofd: wat als ik dat niet had
gedaan…?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *